Leylandcipres C
Cupressocyparis leylandii
Deze cultivar van de haagconifeer is per ongeluk in Wales ontstaan uit bestuiving van twee Noord-Amerikaanse cipressen. De vier exemplaren in dit park staan als soldaten strak in het gelid naast elkaar. Dat komt door regelmatig en zorgvuldig snoeien. De exemplaren hier zijn ongeveer 7-8 meter hoog.
Ze kunnen tot 50 meter hoog worden. Snel groeiend, mei en oktober het beste om te snoeien. Deze naalden zijn mooi groen en geven een prachtige sfeer aan je buitenruimte. Daarom is de Leylandii ook mooi om te combineren met bijvoorbeeld Taxus. De naalden voelen zachter aan dan bij naaldbomen. De bast is roodbruin en laat op latere leeftijd los in lange, vezelachtige platen. De boom ontstond in 1888 uit een kruising. Dorre, grijsbruine plekken in een haag van Cupressocyparis leylandii kunnen een tamelijk onschuldige oorzaak hebben, zoals te drastische snoei. Ook magnesiumgebrek in de grond kan bij coniferen tot bruinverkleuring leiden. De meest voorkomende oorzaak is een schimmelinfectie op de plant zelf.