J.J. Kemmeren
Afd. A
Is de zoon van Bram Kemmeren. De heer Bram Kemmeren is erg belangrijk geweest voor de polder met name het Joods Werkdorp. Helaas is hij een voorbeeld van wat de werkgroep “behoud erfgoed begraafplaats Wieringermeer’ wil voorkomen: dat de grafstenen worden verwijderd want zijn nagedachtenis is zeker het herinneren waard.
De heer Bram Kemmeren is geboren op 13 september 1899 en overlijdt op 02 juni 1981. Hij is getrouwd met Maria Petronella Kuysters en is vanaf de oprichting in 1939 voorzitter van de Boerenleenbank en van 1933 tot 1953 lid van het RK-kerkbestuur. Na de oorlog is hij o.a. voorzitter van de ZWM[1] en vanaf 13 december1945 bestuurslid van de LTB[2]. In 1934 krijgt hij een zware taak. Hij werkt voor de stichting Joodse Arbeid en moet op verschillende plaatsen een bedrijf van in totaal 80 ha uit de grond stampen. De Stichting joodse Arbeid biedt aan Joden die later naar Israël of Amerika gaan, omscholing tot landbouwer aan. Hij is bedrijfsleider en begint met letterlijk niets. Er is zelfs geen schop. Zijn personeel bestaat uit 15 joodse vluchtelingen die bijna geen koe van een varken, en geen aardappel van tarwe kunnen onderscheiden. Het lukt hem om het geheel op poten te zetten. Zijn vlotte babbel helpt hem daarbij. Daardoor krijgt het voor elkaar om de nodige machines en ander materiaal te verkrijgen en zijn project slaagt. Er komen regelmatig nieuwe vluchtelingen en er gaan er ook weer weg. Als in 1941 de Duitsers naar het Werkdorp komen om de Joden mee te nemen moet hij de zwaarste beslissing ooit nemen. Hij bedingt dat er nog 60 mensenmogen blijven om de oogst binnen te halen. ‘300 joodse jongeren staan in een halve cirkel en staren hem aan ‘neem mij’! De overige worden in de blauwe bussen geladen en afgevoerd.’[1]
[1] Dagboek van A.C. Kemmeren blz. 21 t/m 50 Stichting joodse arbeid sept 1978 Middenmeer in bezit van zijn zoon Nico Kemmeren
[1] ZWM De coöperatieve Zaaizaad en pootgoedtelersvereniging Wieringermeer
[2] LTB is de Land en Tuinbouw Bond
