Anita Blijdorp

Wieringermeer, 9 april 2022; bijgewerkt 2 april 2023; 15 oktober 2024; 20 augustus 2025.

Het oorlogsmonument in Wieringerwerf is voorjaar 2022 gerestaureerd. Ook is een extra naam toegevoegd: Henri van Oosten. Deze Joodse inwoner van Middenmeer, een geboren en getogen Drent, moest in november 1942 op last van de Duitsers verhuizen naar Amsterdam. Een half jaar later ging hij op transport naar Sobibor. Het transport dat op 18 mei 1943 vertrok uit Westerbork telde 2.511 mensen, niemand van hen overleefde het vernietigingskamp. De 24-jarige Henri van Oosten was bij aankomst op 21 mei ‘uitgekozen’ voor dwangarbeid en stierf korte tijd later door de kogel. Wie was hij? 

Groepsfoto

Onze reconstructie begon met een groepsfoto die het Historisch Genootschap Wieringermeer (HGW) in 2014 ontving van dhr. Wim Wortel uit Middenmeer. Wortel trof de foto aan in het album van zijn vader Gerrit Wortel. Het gezin woonde destijds in de Poststraat te Middenmeer. Achterop de foto staat een tekst: ‘Joodse man wordt naar de bus gebracht’. De mensen staan voor Hotel Smit aan de Brugstraat. De Joodse man draagt een hoed en een bril, maar het is niet duidelijk te zien of hij ook de verplichte Jodenster op zijn winterjas heeft. Zijn bezittingen passen in twee koffers. Wim Wortel staat ook op de foto, hij is het blonde jongetje op de achterste rij, op de arm van zijn vader.

De groepsfoto krijgt een plek in de digitale Beeldbank van het Genootschap, nummer #2779. De naam van de man met de hoed blijft lange tijd onbekend.

Groepsfoto in Middenmeer, november 1942. De Joodse Henri van Oosten wordt naar de bus gebracht.

De Joodse Henri van Oosten wordt naar de bus gebracht door buren en collega’s. November 1942. Copyright HGW, beeldbank #2779. Links vooraan: mevr. Apolonia Van der Male – Schipper. Man links van Henri van Oosten: Gerrit Van der Male. Achterste rij, jongetje met blond haar op arm: Wim Wortel. Links vooraan: man met pet en in overall, gehurkt: (?)Dhr. Gerrit de Gier. Man staand met hoed en bril: Henri van Oosten, rechts van hem Dhr. Gerrit Slot, gehurkt.

Start zoektocht

In 2020 krijgt het verhaal een vervolg als de groepsfoto getoond wordt bij het Historisch Genootschap Wieringermeer in een expositie over 75 jaar bevrijding. De Schager Courant publiceert over de expositie mét de groepsfoto in beeld. Die krant krijgt mevr. Johanna Bötger-Van der Male onder ogen. Zij belt vanuit haar woonplaats Schagen naar het Genootschap omdat ze de man op de foto herkent, hij heet Henri van Oosten. Henri heeft bij haar ouders in de kost gezeten, op het adres Poststraat 5 in Middenmeer. Johanna was tien jaar toen Henri in 1942 vertrok uit haar ouderlijk huis.

In het gezin Van der Male zijn al drie kinderen en in januari 1944 wordt nog een meisje geboren. Zij krijgt drie namen: Henriëtte Louise Jacqueline, roepnaam: Henny. Johanna licht toe: ‘mijn zusje is vernoemd naar drie personen. Henri, zijn vader Louis én zijn broer Jacques’. Mevrouw Bötger belde net op tijd om haar verhaal te delen, een maand later overlijdt ze op 87-jarige leeftijd. Irene Biesheuvel tekende haar herinneringen op.

Joods Monument

Met deze naam Henri van Oosten, startten najaar 2020 mijn naspeuringen. Op de databank joodsmonument.nl staat zijn naam. Ook de namen van zijn directe familie vind ik daar, moeder Jetje Groenberg, vader Louis en broer Jacques van Oosten. Door tijdgebrek ligt het onderzoek maanden stil. Wanneer half september 2021 het Holocaust Namenmonument Amsterdam wordt geopend, trekken artikelen in de kranten mijn aandacht. Ik lees dat er kort na mei 1945 geen aandacht was voor Joodse slachtoffers van de naziterreur. De traditie van Dodenherdenking op 4 mei, begon in 1946. Er is in het begin vooral belangstelling voor het herdenken van gevallen verzetsstrijders en militairen. Pas veel later worden op 4 mei bij de Nationale Herdenking ook Joodse slachtoffers herdacht.

Geen werkdorper

Hoe zit het nu met de Joodse Henri van Oosten en zijn verblijf in Middenmeer? Zijn naam is op geen enkele manier te koppelen aan de Joodse Palestinagangers en vluchtelingen die 1934-1941 in het Werkdorp Wieringermeer verbleven. Op joodsmonument.nl staat vermeld (juli 2021) dat Van Oosten in Andijk heeft gewoond, maar niet wanneer. Via mevr. Bötger weten we dat Van Oosten minstens een jaar in haar ouderlijk huis in Middenmeer heeft gewoond. Naspeuringen in diverse archieven naar zijn woon- en verblijfplaatsen levert het volgende op.

Reconstructie levensloop

Personalia Henri van Oosten
Geboren
in Assen op 29 mei 1919
Overleden te Sobibor (Polen) op 31 oktober 1943

Zijn ouders zijn:
Louis van Oosten, vader (*Assen, 16 augustus 1873. † Auschwitz, 12 februari 1943)
Jetje Groenberg, moeder (*Winschoten, 23 januari 1873. †Assen, 6 december 1938).
Jacques van Oosten, broer (*Batavia/Weltevreden, 13 maart 1916. † Midden Europa, 31 augustus 1943).
Nb. De voorouders Van Oosten en Groenberg woonden al meerdere generaties in Drenthe en Groningen.

Woon- en verblijfplaatsen
Assen en Nederlands-Indië
Na een kort verblijf van de ouders in Nederlands-Indië, vader is militair, vestigen Louis, Jetje en hun oudste zoon Jacques zich opnieuw in Assen, op Singelstraat 20. Hier is Henri geboren en hier groeit hij op.

Naar Amsterdam
Moeder Jetje overlijdt op 6 december 1938 in Assen. Henri is al voor het overlijden van zijn moeder naar Amsterdam vertrokken, nl. op 30 augustus 1938. Hij staat ingeschreven op achtereenvolgens: Kromme Mijdrechtstraat 1hs en, vanaf 18 juli 1939, op Scheldeplein 16-III. Het bevolkingsregister vermeldt als beroep: landarbeider. Ook vader Louis vestigt zich in Amsterdam, namelijk op 5 mei 1939, gevolgd door broer Jacques op 5 juni 1939.

Via Andijk naar Middenmeer
Nazi-Duitsland bezet ons land op 10 mei 1940. Al heel snel nemen de bezetters maatregelen tegen Joodse Nederlanders. Zo moeten zij zich vanaf januari 1941 verplicht met de aanduiding Nieuw Israëliet (NI) laten inschrijven in het bevolkingsregister. Het treiteren, vernederen en opjagen van Joden wordt steeds manifester. De eerste grote razzia’s zijn in januari 1941 in Amsterdam, honderden Joodse mannen worden opgepakt. De Februaristaking op 25 en 26 februari is een reactie op deze brute daad.

Poststraat 5 Middenmeer
Henri van Oosten vertrekt op 20 maart 1941 naar Andijk, zijn inschrijving is op het adres Broekoord 188. Dit adres is een pension, café, danszaal, paardenstalling. Zijn verblijf in Andijk is tijdelijk, mogelijk was de Wieringermeer van meet af aan zijn reisdoel want als landarbeider -dit beroep staat in zijn persoonsbewijs- maakt hij kans op werk in de nieuwe polder. Van Oosten wordt op 26 mei 1941 ingeschreven op het adres Poststraat 5 te Middenmeer. Dit is het woonhuis van familie van der Male. Een kostganger in huis was heel normaal in die tijd, een kamer verhuren leverde extra verdiensten. Gerrit van der Male had een sociaal hart, hij spande zich in voor de scholing van (land)arbeiders en stond in nauw contact met landbouwer en SDAP’er Sicco Leendert Mansholt en met Gerard Kesselaar, vakbondsman.

Zaaizaadvereniging Wieringermeer

Volgens dhr. Wim Wortel werkte Henri van Oosten al snel na zijn komst in Middenmeer als boekhouder op het kantoor van de coöperatieve Zaaizaad- en pootgoedvereniging Wieringermeer (ZWM). Een bijzonder detail is dat de landbouwer Aris Saal, pachter in de Wieringermeer en al sinds de vroege jaren dertig overtuigd lid van de NSB, secretaris is van deze vereniging. Aris Saal werd vanaf juli 1942 eerst tijdelijk en in 1943 officieel NSB-burgemeester van de Wieringermeer. Zijn eveneens nationaalsocialistische broer Jan Saal is in 1941 al twintig jaar boerenvoorman in de naastgelegen Waardpolder. Vanaf 1942 wordt Jan Saal NSB-provinciebestuurder.

Henri van Oosten woonde in Middenmeer vanaf 26 mei 1941.

Een uitsnede uit de persoonskaart van Henri van Oosten. Bron: Regionaal Archief Alkmaar.

 

Maatregelen tegen Joodse Nederlanders

Twee maanden na zijn aankomst in Middenmeer, op 30 juli 1941 ontvangt Henri een nieuw persoonsbewijs met het nummer 2170. (per abuis is persoonsbewijs afgekort als PV, dit moet zijn: PB). Het lage nummer 2170 geeft aan dat Henri er vroeg bij is, mogelijk wil hij zijn papieren op orde hebben? Een klein jaar later, in april 1942 krijgen alle gemeenten in Noord-Holland het bevel om Joden naar Amsterdam te ‘evacueren’, lees: weg te sturen. Henri van Oosten geeft eerst geen gehoor aan dit bevel maar de bezetter sluit het net, op 2 en 3 oktober 1942 worden door het hele land Joden opgehaald. Mogelijk wordt voor Henri de druk te groot, spelen angst voor represailles voor hemzelf of voor zijn onderduikgevers een rol? Op zijn persoonskaart zien we dat Van Oosten op 23 november ingeschreven wordt op een adres in Amsterdam.

Zijn vertrek uit Middenmeer is vastgelegd op de groepsfoto. Wim Wortel bevestigde in 2022 wat Johanna Bötger in de zomer van 2020 al vertelde: Henri van Oosten was geliefd bij buren en collega’s. Het was een hechte gemeenschap in Middenmeer, zijn gedwongen vertrek ging mensen aan het hart. Helaas is niet bekend wie het initiatief voor de foto nam. De naam van de fotograaf is onbekend. Antoinette (Netty) Van der Vliet – Van der Male, een jongere zus van Johanna vertelde eind 2021: ‘Bij ons in de huiskamer stond de foto ingelijst op een kast. Henri had een bijzondere plek in ons gezin. Hij is na november 1942 nog enkele malen vanuit Amsterdam op bezoek geweest. Ook zijn vader Louis en broer Jacques kwamen dan mee.’

Vertrek naar Amsterdam
De inschrijving van Henri in Amsterdam is op het adres Zuider Amstellaan 213hs. Hier is een pension gevestigd, de eigenaar is de Joodse Frederik van der Kar (geb. Amsterdam, 17 oktober 1891). Ook van der Kar is omgebracht in Sobibor, op 7 mei 1943. Hij werd 51 jaar.

Arrestatie

Twee politierapporten, te vinden in het stadsarchief van Amsterdam, tonen de arrestatiedatum. Henri van Oosten is op 15 mei 1943 om 14.40 uur opgehaald en in bewaring gesteld voor ‘Joodsche Zaken’ (JZ). Henri meldt bij zijn arrestatie als beroep: ‘landarbeider voor Z.v.W.’, een verwijzing naar de Zaaizaadvereniging Wieringermeer. Deze  vermelding van zijn beroep leest als een aanwijzing dat Van Oosten zich nog steeds verbonden voelt met de Wieringermeer.

Euterpestraat
Mogelijk heeft een zgn. ‘jodenjager’ Henri aangegeven. Jodenjagers waren mensen die uit haat (antisemitisme) en voor het ‘kopgeld’, een beloning van fl. 7,50 per persoon (later zelfs meer), mensen verraadden bij de Sicherheitsdienst (SD). Een bewijs voor deze hypothese is (nog) niet gevonden. Met ‘Joodsche Zaken’ wordt bedoeld: het bureau van de SD aan de Euterpestraat, het vertrekpunt van deportatie naar Westerbork en verder.

Henri van Oosten. 15 mei 1943. Amsterdam.

Aantekening in het politieregister. Henri van Oosten is op 15 mei 1943 om 14.40 uur binnengebracht. Beroep: landarbeider voor Z.v.W. In zijn portemonnee wordt aangetroffen: twee gulden en 64 1/2 cent.

 

Henri van Oosten. Joodse Zaken. 15 mei 1943. Politieregister.

Aantekening in het politieregister. 15 mei 1943, 15.25 uur. ‘Henri van Oosten blijft voor Joodsche Zaken (J.Z.) in bewaring.’

 

Deportatie 

18 mei 1943 – deportatie via Westerbork naar Sobibor
Uit documentatie van het Herinneringscentrum Kamp Westerbork blijkt dat Henri van Oosten op ’18 mei 1943 in kamp Westerbork terecht komt (in barak 70), om op dezelfde dag te worden gedeporteerd naar Sobibor’. In totaal gaan die dag 2.511 mensen op transport. Henri van Oosten is nummer 687.

Naam Henri van Oosten op deportatielijst Westerbork – Sobibor. Bron: NIOD, Tg.804. Inv.nr.57. Pagina 137. Henri van Oosten, nummer 687.

 

Verblijf, opstand en dood in Sobibor
De treinreis naar Sobibor duurt vier dagen. Bij elk transport, ook dit 12e transport, wordt onmiddellijk na aankomst bijna 100 procent van de mensen de gaskamer ingedreven. Hoe zit het met Henri? Als sterfdatum is 31 oktober 1943 genoteerd op een rood kaartje, opgenomen in de cartotheek van de Joodsche Raad. Op dat kaartje staat ook: ‘doodgeschoten in Sobibor’.

In haar boek Het donkerste donker. Een geschiedenis van Sobibor (2023, Nw.A’dam) vertelt Rosanne Kropman over een lang onbekende Nederlandse kapitein bij de marine Jozeph Jacobs die in de vroege zomer van 1943 een opstand van gevangenen plande. Dit plan kwam helaas uit, Jozeph Jacobs nam alle schuld op zich. De SS-leiding heeft uit wraak ongeveer 72 Nederlandse mannen, dwangarbeiders doodgeschoten. Uit een getuigenis van de enige Nederlandse vrouw die Sobibor overleefde, Selma Engel (gehuwd Weinberg) uit Assen, kunnen we afleiden dat ook Henri van Oosten bij deze groep hoorde. Zijn dood kunnen we nu bepalen op ca juni 1943. Selma en Henri kenden elkaar vanuit hun jeugd, zij waren nicht en neef.

Op 14 oktober 1943 breekt een opstand uit onder de gevangenen. Dit betekende het einde van Sobibor als vernietigingskamp. De website sobibor.org meldt: ‘Tijdens de opstand wisten 365 Joden het kamp te ontvluchten, van wie 47 de oorlog hebben overleefd. Degenen die in het kamp achterbleven, vreesden dat zij buiten het prikkeldraad in een vreemd en vijandig land geen kans van overleven hadden, omdat zij het Pools niet machtig waren. Of ze hadden niet genoeg lef. Het was voor het eerst in de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog dat in een vernietigingskamp door samenwerkend joods verzet en vernuft twaalf SS’ers en twee bewakers werden gedood.’

Cartotheek Joodse raad Amsterdam

Gegevens over Henri van Oosten op een kaart in de Joodse cartotheek Amsterdam. Bij het kruis staat: doodgeschoten in Sobibor. Ref. S. Engel-Wijnberg te Zwolle. 6/9/45. Ook een verwijzing naar de Wieringermeer: Middenmeer, Brugstraat 16.

Nog meer getuigenissen van Selma

Op 6 september 1945 is een aantekening gemaakt op het rode kaartje: ”Ref. S. Engel – Wijnberg te Zwolle. +doodgeschoten in Sobibor.” Selma Engel heeft rond die datum in Nederland over het lot van Henri en andere Nederlanders getuigt. “Besüglich folgender Personen, die während meiner Anwesenheit in Sobibor angekommen sind, kann ich nähere Angaben machen: [ … ] Harry van Oosten, ein Junge aus Assen. Ich habe gesehen dass er erschossen wurde, weil er krank war.” Deze en andere getuigenissen zijn online te lezen, NIOD instituut, toegang 804 Sobibor archieven.

Waarom 31 oktober 1943 als sterfdatum?

Dit heeft te maken met het ontbreken van een exacte sterfdatum in de eerste jaren na de oorlog. Van Oostens overlijden is op 23 februari 1950 in de Staatscourant gepubliceerd. Ter uitvoering van de Wet van 2 Juni 1949 werd er bij K.B. d.d. 9 augustus 1949 binnen het Ministerie van Justitie een ‘Commissie tot het doen van Aangifte van Overlijden van Vermisten’ ingesteld. Deze commissie had tot taak het onderzoeken of er rechtsvermoeden van overlijden van de vermiste bestond.

Men deed dit, nadat de vermiste persoon was geregistreerd, door middel van onder andere het verzamelen van gegevens uit de kampregisters en de deportatielijsten, het inwinnen van informatie bij het Informatiebureau van het Nederlandse Rode Kruis en de Rijksinspectie van de Bevolkingsregister en het verhoren van getuigen. Kon er desondanks geen bepaalde datum van overlijden van de vermiste worden achterhaald, dan werd de derde dag na deportatie uit Westerbork of Vught als overlijdensdatum aangemerkt. Of zoals bij Henri de laatste dag van de maand oktober. 

Max de Vries

Op de rode kaart lezen we verder: “vroeger Middenmeer, Brugstraat 16”. Op nummer 16 woonde destijds de familie Post. Uit navraag (in 2022) bij een van de dochters Post blijkt dat de aantekening ‘Brugstraat’ gaat om de familie Gerard Kesselaar en Marie Verplakke, zij woonden op nummer 18. Kesselaar werkte bij landbouwer Schuiringa (Westermiddenmeerweg), was vakbondsman en actief bij de SDAP afd. Wieringermeer, net als Gerrit van der Male. Bij Kesselaar verblijft tot zomer 1942 onder andere de Joodse Max de Vries (1918-1943).  De 23-jarige Max, die in 1937 in het Werkdorp Wieringermeer arriveerde en in 1939 de Nederlandse nationaliteit verkreeg, woonde een jaar (1941-1942) bij Gerard en Marie in huis. Het is zeer aannemelijk dat Max en Henri elkaar in Middenmeer zijn tegen gekomen.

Max vertrekt in augustus 1942 op last van de Duitsers naar Amsterdam, dus 3 maanden eerder dan Henri van Oosten. Familie Kesselaar blijft Max nog een tijdje levensmiddelen sturen. Daarna wordt het stil want Max wordt gedeporteerd met het transport van 11 september vanuit Kamp Westerbork. Bij Cosel, 80km ten westen van Auschwitz, wordt Max uit het transport gehaald, hij is geselecteerd voor dwangarbeid en is na een half jaar, op 31 maart 1943 vermoord.

Henri’s naam hoort op het oorlogsmonument

De persoonskaart met woon- en verblijfsgegevens van Henri van Oosten is het bewijs: vanaf 26 mei 1941 was Henri van oosten volwaardig ingezetene van de Wieringermeer. Zijn vertrek op 23 november 1942 naar Amsterdam werd afgedwongen door de bezetter. Van Oosten kwam om het leven door oorlogsgeweld. De toevoeging van zijn naam aan het oorlogsmonument past bij het doel ervan: herinneren en herdenken van de slachtoffers van oorlogsgeweld 1940-1945/1948.

Waarom niet eerder genoemd?  

In de Wieringermeer is najaar 1945 door de toenmalige gemeentesecretaris J.F. de Groot een lijst opgesteld van omgekomen ingezetenen uit de Wieringermeer, periode 1940 – 1945. Op die lijst is Henri van Oosten niet vermeld. Waarom niet? Een mogelijke verklaring is:

  1. Van Oosten stond in 1945 formeel niet meer ingeschreven in de bevolkingsadministratie van gemeente Wieringermeer. Hij was, zo is bekend over de Duitse maatregelen, onder dreiging van strenge straffen voor hemzelf en voor zijn kosthuisgevers vertrokken naar Amsterdam. Daar stond hij vanaf 23 november 1942 ingeschreven in het pension van Van der Kar op het adres Zuider Amstellaan 213hs. Van Oosten bracht tot voorjaar 1943 nog enkele malen een bezoek aan Middenmeer. Vanaf mei 1943 is hij uit beeld geraakt, hij was een van joden ‘die voor werk naar Duitsland waren gestuurd’.
  2. Over de oprichting van een oorlogsmonument in de Wieringermeer werd voorjaar 1946 beraadslaagd. Vanwege de inundatie woonde de polderbevolking massaal buiten de Wieringermeer. Het was ondertussen drie jaar na de ‘verhuizing’ van Henri van Oosten naar Amsterdam en niemand meldde zijn naam bij De Groot. Bovendien: Joodse slachtoffers waren nog niet in beeld als te herdenken oorlogsslachtoffers. De nadruk lag op herdenken en eren van omgekomen verzetsstrijders, militairen en burgers.

Holocaust Namenmonument in Amsterdam

In september 2021 werd aan de Weesperstraat te Amsterdam het Namenmonument geopend. De naam van Henri van Oosten staat hier wel vermeld. De groepsfoto ‘Joodse man wordt naar de bus gebracht’, en de melding van zijn naam in 2020 aan het Genootschap, kregen hiermee een nieuwe betekenis. Twee puzzelstukken passen in elkaar en leiden tot deze conclusie: Henri van Oosten was ingezetene van de Wieringermeer, hij is door naziterreur om het leven gebracht.

Verzoek aan gemeentebestuur

Eind januari 2022 schreef de werkgroep 4 mei Wieringermeer een verzoek aan het College van b en w, gemeente Hollands Kroon. Die gaf op 26 januari 2022 groen licht voor toevoegen naam Henri van Oosten aan het oorlogsmonument. In april 2022 is het oorspronkelijke oorlogsmonument in zijn geheel gerestaureerd.

Naschrift

Een aantal vragen staat nog open. Waarom ging de Drent Henri van Oosten bij zijn vertrek uit Amsterdam op 20 maart 1941 naar de Wieringermeer? Kende hij misschien mensen in de polder? Was hij van plan zich aan te sluiten bij het Joods Werkdorp Wieringermeer, zoals de eerder genoemde Max de Vries? De vader van Max, Bernard de Vries (geb. in 1874), kwam oorspronkelijk uit Winschoten. Dat is ook de geboorteplaats van Jetje Groenberg, de moeder van Henri. Kenden zij elkaar, Max en Henri? Mogelijk dat Henri via Max al wist van het Joods Werkdorp Wieringermeer.

Volgens Marieke Roos – Van Riel uit Middenmeer heeft Henri in Assen al vóór 1938 Duitse vluchtelingen van zijn eigen leeftijd ontmoet. Deze Joodse scholieren verbleven in de Drentse hoofdstad, pakten daar hun in Duitsland afgebroken opleiding weer op en bereidden zich voor op emigratie naar Palestina of een ander land. Mogelijk dat Henri via hen kennis heeft van het Joods Werkdorp Wieringermeer. Feit is, Henri emigreert niet maar verhuist zomer 1938 naar Amsterdam. Mogelijk zocht hij begin 1941 een uitweg tegen de toenemende naziterreur tegen Joden in Amsterdam. Maar liep zijn plan stuk omdat op 20 maart 1941 het Joods Werkdorp Wieringermeer werd ontruimd.

Dat Henri bij Gerrit van der Male in Middenmeer in huis komt, lijkt bij iets dieper graven een logische stap. Zowel Gerrit van der Male als Gerard Kesselaar (het kosthuis van Max de Vries vanaf augustus 1941) zijn actief in het vakbondswerk, SDAP’ers en zij kennen Sicco Mansholt en ook meester Aalders van de avondcursussen voor (land)arbeiders. Het lot van de Joden in Duitsland, Oostenrijk, Polen vanaf 1933 vluchtend voor de nazi’s naar Nederland, is bij hen allen zeer goed bekend.

Wat de precieze aanleiding is geweest voor Henri om naar de Wieringermeer te gaan, dit is zoveel jaar na dato moeilijk vast te stellen. Wel weten we uit de getuigenis van Johanna en Netty van der Male dat Henri van Oosten, zijn vader Louis en broer Jacques geliefd waren bij het gezin Van der Male, bij buren en collega’s. De groepsfoto met Henri in het midden stond ingelijst in de woonkamer van huize Van der Male. Johanna wist ook dat het nieuws over de dood van Henri van Oosten pas enkele jaren na de oorlog haar ouders heeft bereikt. Wanneer precies, is onduidelijk. In ieder geval na 1946, het jaar dat het oorlogsmonument in Wieringerwerf werd onthuld.

Henri van Oosten, 1919 - 1943. Joodse inwoner van de Wieringermeer, slachtoffer van naziterreur.

Fotograaf Ina-Hoogenbosch-Glas. Terugplaatsen van oorlogsmonument 1940-1945 Wieringermeer. Met toevoeging van de naam H. van Oosten. 21APR2022

Anita Blijdorp.
West-Graftdijk / Wieringerwerf, 9 april 2022.
Aanvullingen op 2 april 2023, 15 oktober 2024 en 20 augustus 2025.

Een bronnenlijst is op te vragen bij de auteur.
E-mail: anitablijdorp@gmail.com